Total verb forms: 52
Imperatives and participles |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | chloroformizerend |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | gechloroformizeerd |
Type | ik | jij | hij/zij/het | wij | jullie | zij |
Presens | chloroformizeer | chloroformizeert | chloroformizeert | chloroformizeren | chloroformizeren | chloroformizeren |
Imperfect | chloroformizeerde | chloroformizeerde | chloroformizeerde | chloroformizeerden | chloroformizeerden | chloroformizeerden |
Toekomende tijd I | zal chloroformizeren | zult chloroformizeren | zal chloroformizeren | zullen chloroformizeren | zullen chloroformizeren | zullen chloroformizeren |
Conditionalis I | zou chloroformizeren | zou chloroformizeren | zou chloroformizeren | zouden chloroformizeren | zouden chloroformizeren | zouden chloroformizeren |
Perfectum | heb gechloroformizeerd | hebt gechloroformizeerd | heeft gechloroformizeerd | hebben gechloroformizeerd | hebben gechloroformizeerd | hebben gechloroformizeerd |
Voltooid verleden tijd | had gechloroformizeerd | had gechloroformizeerd | had gechloroformizeerd | hadden gechloroformizeerd | hadden gechloroformizeerd | hadden gechloroformizeerd |
Toekomende tijd II | zal gechloroformizeerd hebben | zult gechloroformizeerd hebben | zal gechloroformizeerd hebben | zullen gechloroformizeerd hebben | zullen gechloroformizeerd hebben | zullen gechloroformizeerd hebben |
Conditionalis II | zou hebben gechloroformizeerd | zou hebben gechloroformizeerd | zou hebben gechloroformizeerd | zouden hebben gechloroformizeerd | zouden hebben gechloroformizeerd | zouden hebben gechloroformizeerd |
Imperatief | - | chloroformizeer | - | - | chloroformizeert | - |
Verbs similar to chloroformizeren
Conjugated verbs before and after chloroformizeren
More actions for chloroformizeren